Dracénie Provence Verdon Tourisme

Trans en Provence

commune touristique
De watervallen van de Nartuby vormen een ongerept, wild natuurdecor tussen de oude bruggen en de unieke condensput, die boven de Provençaalse daken van Trans-en-Provence uittorent. Dit stukje Provence kenmerkt zich door fonteinen, een rijk gedecoreerde kerk en een kapel met wijbeeldjes.

 

Trans en Provence ligt in de streek van krekels en olijfbomen, in het hart van het oostelijke deel van de Var. Het is omgeven door uitgestrekte natuurgebieden, op 20 minuten van de Middellandse Zee en op steenworp afstand van prachtige watervallen.


In de nabijheid van de badplaatsen van de Franse Rivièra: Saint-Tropez, Sainte Maxime, Saint Raphaël, Cannes, Monte Carlo …


In Trans en Provence kunt u genieten van het uitzonderlijke klimaat van de Dracénie streek. Een bevoorrechte zone, beschermd tegen de wind, met een sublitorale vegetatie, ongekend veel zonuren en een gezonde zuivere lucht: een typisch voorbeeld van het gematigde, evenwichtige en verkwikkende Mediterrane klimaat.


Ons dorp biedt ongekende mogelijkheden. Elk steegje of straatje weerspiegelt de geschiedenis en het erfgoed. Voor het gemak biedt Trans en Provence tal van winkels en zelfs een winkelcentrum. Voor ontspanning en recreatie heten het hotel, de B&B, de terrasjes en tal van sfeervolle restaurants u van harte welkom langs de watervallen.

 

Trans en Provence, met een typische Provençaalse uitstraling is een aangenaam plaatsje waar het zonlicht weerkaatst in het decor van de watervallen.

GESCHIEDENIS & ERFGOED

De kapel Notre Dame

Direct bij aankomst in het dorp wordt u verrast door de sobere gevel van de prachtige Kapel Notre Dame. Deze werd aan het einde van de vijftiende eeuw opgetrokken door Marguerite de Pontevès, echtgenote van Arnaud de Villeneuve, ook wel de Ridder Baron van Trans genoemd.
Dit was het gevolg van een wens die deze laatste had gemaakt tijdens een schipbreuk. De Kapel behoorde lange tijd toe aan het huis van Villeneuve en bevat een door Koningin Marie Amélie, echtgenote van Lodewijk Filips, geschonken piëta.

 

De condensput

Door het pad naar de Kluizenaarswoning te volgen, kunt u de Condensput ontdekken, een werk van de Belgische Ingenieur Knapen, die in zich in 1930 voor zijn pensioen in Trans had gevestigd. Dit bouwwerk werd opgetrokken voor een experiment dat tot doel had luchtvochtigheid op te vangen via een kunstmatige condenser. De bouw van deze put duurde anderhalf jaar. De werkzaamheden werden voltooid in eind mei 1930. De condensput van Trans maakte zijn beloftes echter niet waar.

 

Het Stadhuisplein

Dit werd aangelegd in de achttiende eeuw op de plaats van het voormalige kasteel dat in de vijftiende eeuw verwoest werd. Het terrein werd door de laatste landheer Louis Henri de Villeneuve aan de gemeente geschonken.
In ruil voor deze gift, kreeg de familie Villeneuve het recht een nieuw kasteel aan de rand van het dorp langs de Rue Nationale op te trekken. Dit kasteel werd, vanwege de Revolutie van 1789 nooit voltooid. De enige overblijfselen zijn de toegangspoort en een hoofdgebouw met 2 torens, dat omgebouwd werd tot appartementen.

 

Het stadhuis en uitzonderlijke huizen

Het stadhuis werd opgetrokken van 1779 tot 1781. De uitzonderlijke gevel in Lodewijk XV stijl werd in 1982 en 1983 gerestaureerd.
Op nr.2 een woning die voorheen als herberg diende met het nog kenmerkende koetshuis waar nu een expositie galerie voor moderne schilderkunst is gevestigd.
Op nr. 53 bevindt zich een huis met een iets lager gelegen binnenplaats waar in 1732 de eerste zijdespinnerij van Trans werd opgericht door een uit Barcelonette afkomstige industrieel. De inwoners van Trans voerden de zijderupsen met braamblaadjes en ook nu luisteren de braamstruiken nog de streek van la Dracénie op.

 

De parochiekerk Saint Victor

De huidige kerk bestond reeds in de dertiende eeuw, omringd door het kerkhof, zoals vroeger de gewoonte was. Het werd in 1490 herbouwd en op 22 november ingezegend door Nicolas de Fiesque bisschop van Fréjus. Het kreeg toen de naam Notre Dame de L’Aire toegekend. In juli 1536, werd het in brand gestoken door de keizerlijke troepen van Karel V die er een hooischuur van hadden gemaakt. In 1545 werd de toren voorzien van een klok daar de Stadsraad dit nodig vond voor een industriële plaats als Trans in die tijd. In de kerk bevindt zich een houten, met bladgoud versierd retabel uit 1690 en een schilderij van J.-L Gasiaud uit 1687 dat de kruisafneming uitbeeldt.
In de achttiende eeuw wordt het opnieuw uitgebreid. Op 30 december 1770 wordt de nieuwe hoofdbeuk ingewijd. De doopvonten werden in 1773 gebouwd en in 1861 hersteld. In 1774 werd er een zonnewijzer op de zuidelijke gevel van de klokkentoren geplaatst.

 

Wandelen in Trans en Provence en omgeving